DE MIDDELEEUWEN

Algemeen

Tengevolge van de verbreiding van het christendom en de machtsontplooiing van de geestelijkheid, kwam de religieuze bouwkunst tot ontwikkeling. In de middeleeuwen, tijdens de romaanse stijlperiode en de daarop volgende gotische trad ook de bouw van kastelen en burchten op de voorgrond.

Voor de ontwikkeling van de tuinkunst was het oud- Christelijke en middeleeuwse tijdperk van betrekkelijk geringe betekenis. Weliswaar beoefenden de monniken in de kloostertuinen de teelt van geneeskrachtige kruiden en van bloemgewassen en andere planten, geschikt voor kerkversiering, doch in toonaangevende wereldlijke kringen, bij de bewoners der kastelen en burchten, was men meer ingesteld op de krijg dan op de beoefening van de tuinkunst. Ook waren er binnen de muren van kasteel of burcht en naderhand in de door wallen omsloten steden, weinig open ruimten beschikbaar voor de aanleg van tuinen.

Na de kruistochten evenwel, welke oorzaak waren, dat vele wereldlijke en kerkelijke vorsten, benevens vele edellieden kennis namen van de bloeiende tuinkunst in de Oosterse landen, trad er in deze een kentering op.

Zo ontstonden dan buiten de kastelen de zg. buitenhoven, waar naast moes- en kruidentuin, ook de boomgaard werd aangetroffen en waarbinnen de eigenlijke siertuin werd aangelegd. Het geheel was meestal door een muur omsloten; de afzonderlijke tuingedeelten waren soms met een lage muur dan wel met een traliewerk of heggen afgezet.

Het zijn voornamelijk de dichters en schilders geweest, die ons in woord en beeld een indruk hebben gegeven van de tuinen uit die tijd.

 

 

Door de verwatering van het grote Romeinse Rijk en de daardoor ontstane Volksverhuizing is omstreeks 400 geheel Europa in rep en roer. Het is een zeer onrustige tijd met veel oorlogen. Dit is geen tijd waarin bouw- en tuinbouwkunst tot bloei kunnen komen.

Het maatschappelijk leven wordt gekenmerkt door het versterken van het woonhuis tot burchten en kastelen. Deze kastelen bestonden uit een omheining met kleine poort, brede beplante wallen en grachten. Was men de eerste poort gepasseerd, dan kwam men op een voorplein, door gebouwen omgeven en ging weer via een poort, wallen en grachten naar de eigenlijke burcht of borch. Het spreekt vanzelf, dat in de toenmaals roerige tijd het een hele kunst was deze versterkingen te veroveren.

 

De middeleeuwen in Europa

De antieke wereld leverde de bouwstenen voor het leven in de Middeleeuwen. In het westen begon de Romeinse tijd wanneer de Romeinse troepen er in het begin definitief zijn doorgedrongen. Vanaf 1200 voor Christus maakte het noordelijk deel van Gallië deel uit van het Romeinse rijk.

 

De bevolking leefde vooral van de landbouw. Handel en ambachten werden beperkt uitgeoefend. Toen was er nog geen sprake van steden met een drukke bedrijvigheid.

De Romeinen trokken rechtlijnige sporen door het landschap, welke een net van “heirbanen” of “heerbanen” vormden. Dit waren militair belangrijke wegen. De wegen waren gemaakt om optimale transport voor troepen, materieel en voedsel vlot te laten verlopen. Daarom volgden de wegen altijd de kortste weg.

Deze heerbanen werden dan uiteindelijk de aders van een groeiend handelsverkeer, en voor de uitwisseling van goederen op grote afstand.

 

De Romeinen wisten dat een goed ontworpen stad een waarborg was voor vrede en welvaart. Daarom benadrukten ze dat een stedelijke gemeenschap goed moest functioneren. Deze gemeenschap stond dan centraal voor bestuur, handel, cultuur en plaats waar mensen graag wonen. De Romeinen hadden een duidelijke opvatting van een ideale plattegrond. Nieuwe steden werden zo veel mogelijk ingedeeld volgens stedenbouwkundige plannen. Deze hadden als kenmerk een regelmatig stratennet met gelijke gebouwen, pleinen en openbare gebouwen.

De stichting van nieuwe steden ging samen met nauwkeurig omschreven volgorde van rituelen. Zo werd door ontwerpers eerst bepaald hoeveel inwoners er gingen bijkomen. Aan de hand van dit cijfer kon men de omvang van een stad bepalen, zodat overbevolking uitgesloten was. Wanneer het maximum aantal nieuwe inwoners bekend was, kon men een geschikte plaats uitzoeken.

De woningen van de rijken waren veel ruimer dan de gewone woningen, en ze waren veel comffortabeler.

Top

Maak jouw eigen website met JouwWeb